- Maak twee tabellen om gegevens van je klas op te slagen.
Kies telkens gepaste veldeigenschappen.
De eerste tabel heet tblLeerlingen en bevat volgnummer, naam, voornaam, straat, postcode,
geboortedatum, klasnaam, bedrag betaald aan boekenfonds.
De tweede tabel heet tblPostcodes en bevat een postcode en een plaatsnaam.
- Voeg 4 klasgenoten toe aan de tabellen. (juistheid gegevens is onbelangrijk)
- Wis een klasgenoot uit de tabel.
- Verander van de eerste leerling zijn adresgegevens.
- De gehele klas heeft 20 euro betaald voor het boekenfonds, pas dit aan in de tabel.
- Voeg een postcode “9000”, plaats “Gent” toe.
- Voeg een leerling toe met een postcode die niet gekend is in de tabel tblPostcodes.
- Laat een lijst zien van alle gegevens uit de twee tabellen waarbij alleen alle gegevens die
overeenkomen getoond worden.
- Laat een lijst zien van alle postcodes met de namen van steden met de studenten die daar wonen, ook postcodes die geen studenten hebben worden getoond.
- Laat een lijst zien van alle studenten met de plaats waar ze wonen, ook de ongekende steden (dus zonder record in de tabel tblPostcodes) worden getoond.
- Maak een index met naam indexpostcode in tblLeerlingen op de postcode.
- Verwijder de index indexpostcode.